Ik doe onderzoek naar Mattheus van Hout. In zijn leven was hij, naast concierge van het Standhuis van Breda, Burgermajoor en Armenbezorger. Ik kan van deze twee beroepen niet vinden wat ze precies inhielden.
Burgermajoor: ik heb gevonden dat dit een functie is in de Burgerwacht. De inhoud van deze functie is me niet duidelijk
Armenbezorger: Ik neem aan dat het iets te maken heeft met de ondersteuning van de armen.
Wie weet meer? :)
De "tijd" speelt toch ook een rol?
Mattheus van Hout, geboren omstreeks 1605 in 's-Gravenhage, huwt in 1630 aldaar met Hendrixken N.N.
ARMBEZORGER
Woordsoort: znw.(m.)
Modern lemma: armenbezorger
— ook ARMENBEZORGER —, znw. m., mv. -bezorgers. Uit Arm (II), A, 2, b) en Bezorger, verzorger.
↪Hetzelfde als Armverzorger (zie ald.); thans verouderd. Voorheen werd ook gezegd bezorgers van de armen (zie b.v. Gr. Placaetb. 6, 355 a [1729])
bron: https://ivdnt.org/onderzoek-a-onderwijs/lexicologie-a-lexicografie/mnw