Dit stond in het doopboek van Dreumel. Wat ik hierin lees is dat binnen een maand  twee  buitenechtelijke kinderen Joannes en Petrus worden gedoopt met als vader Jacobi van Lent  gedoopt. De moeders hebben hetzelfde patroniem (Willems) maar andere voornamen (lijkt). Deze Jacobi van Lent  trouwt op 5 februari met Gerarda/Gertrudis Willemse van Osch en echt het kind Petrus. Gerarda is een zus van Gerardus en Anna Willemse van Osch, die getuigen zijn bij de doop van Petrus. Hoe moet ik deze administratie interpreteren?

Er kan een tweeling geboren zijn, waarvan één kind te zwak was om gedoopt te worden, waardoor er een maand gewacht werd om het kind alsnog te laten dopen. Zeker wanneer het gereformeerde dopen betreft, dan was er geen religieuze drang om het kind direct na de geboorte te dopen. Ik zie nu dat het RK dopen betreft en dan was de religieuze drang voor een snelle doop er wel. Dat er des ondanks toch een maand gewacht werd (uitgaande van een tweeling) duidt mijn inziens op een zeer zwakke gezondheid van de tweede baby.

Michaël

Voor katholieken was dopen heel belangrijk en als het kindje zwak was, zou dat een extra reden zijn om het te laten dopen. Het zou kunnen zijn dat Joannes zwak was en daarom zo snel mogelijk werd gedoopt (Joannes wordt drie jaar later niet geëcht, dus is waarschijnlijk dan al overleden). 

De komst van de baby's zal een schok zijn geweest voor de familie. Niet alleen doorat dit in strijd was met de regels van de kerk, maar ook omdat de ouders niet tot dezelfde sociale klassen hoorden. De vader was een knecht en de moeder de dochter van een "landman". Bij de doop van Petrus, waren er wel familieleden van de moeder aanwezig. Niet bij Joannes, dat zou erop kunnen wijzen dat het een haastklus is geweest. Maar dat lang wachten met dopen van de andere baby roept vragen op.

Bij Joannes staat als moeder Elisabeth Willems en bij Petrus staat Gerarda Willems als moeder. Het is mogelijk dat Jacobus bij twee verschillende vrouwen een kind heeft verwekt en dat hij met de moeder van het laatst geboren kind is getrouwd, waardoor dat kind is gewettigd.

Bij katholieken was het heel ongebruikelijk om een kind pas na ruim 3 weken te laten dopen. En juist als een kind zwak was werd het direct gedoopt (een kind mocht niet ongedoopt sterven, dan was het verloren) en waarom zou je de ander dan niet gelijk ook laten dopen? Sowieso werden RK kinderen vaak al op de dag van geboorte of de volgende dag gedoopt. Ik denk dus niet dat het hier om een tweeling gaat.

Edit: Of zouden er misschien twee mannen met de naam Jacobus van Lent (neven of zo) zijn geweest? 

Re: @ Anneke "Of zouden er misschien twee mannen met de naam Jacobus van Lent [...]"

=> 2x Jacobus Peters van Lent:

....ik zeg nooit nooit, maar dit moet toch eigenlijk wel één en dezelfde man zijn geweest....

Helemaal mee eens Bart! Ik had over het patroniem heen gelezen.

Ik ben nu ook van mening dat de oplossing is dat Jacobus in dezelfde maand vader werd van twee kinderen en dat hij uiteindelijk met de moeder van het tweede kind (Petrus) is getrouwd. Het was destijds zeer ongebruikelijk om te wachten met dopen en de namen van de moeders verschillen, evenals die van de getuigen. Ik heb nog geprobeerd om de moeder van het eerste kindje Elisabeth Willemse te vinden, maar zover ik dit nu nog kan nagaan woonde er in Dreumel geen Elisabeth Willemse die in dit verhaal zou passen. Het zou een inwonend dienstmeisje kunnen zijn geweest die Dreumel heeft verlaten na de bevalling, samen met haar zoontje (Joannes).

Hartelijk dank voor het meedenken!